De Kempen

Welke streek leent zich beter voor een tourrit dan onze eigen Kempen?

Ligging

De Kempen strekken zich uit tussen Antwerpen en Eindhoven. Ze bestrijken de provincies Antwerpen, Belgisch-Limburg, het zuidoosten van Noord-Brabant en het uiterste noorden van Vlaams-Brabant. Ook in Nederlands-Limburg loopt dit landschap verder, maar het staat daar bekend als de Peel. De Kempen worden begrensd door de Demer (in het zuiden), de Maasvallei en min of meer autosnelweg A2.

De Kempen bestaan uit verschillende delen: de Voorkempen nabij Antwerpen, de Kempische Laagvlakte en het Kempens Plateau. De Kempische Laagvlakte wordt nog eens opgedeeld in de Noorder- en Zuiderkempen.

Natuur en klimaat

Hét kenmerk van de Kempen is haar zanderige bodem, waardoor de Kempen tot omstreeks 1960 grotendeels bedekt waren met heide, eikenbos, vennen en veengebieden. Nu komen er nog een aantal bossen, vennen, heides en weilanden voor, maar deze zijn stilaan een eerder kleinschalig landschap door zware bemesting en lintbebouwing geworden.

Tussen Boxtel en Oisterwijk ligt het meer dan 1200 ha grote natuurgebied Kampina. Het omvat dennenbossen en de Kampinase Heide en de Beerze en de Rosep stromen er meanderend doorheen. In de gemeenten Eersel, Bladel en Reusel-De Mierden ligt het natuurgebied De Kempen. Dit natuurgebied van meer dan 2000 ha omvat onder andere de Bladelse Heide en de Cartierheide. Het grootste deel van het gebied is als Boswachterij De Kempen in bezit van Staatsbosbeheer. Het Leenderbos en de Groote Heide vormen een aaneengesloten natuurgebied van meer dan 3000 ha. Het natuurgebied ligt voor het grootste deel in de gemeente Heeze-Leende, kleinere gedeelten in de gemeenten Waalre en Valkenswaard. De Achelse Kluis ligt vlakbij de Groote Heide.

Naamgeving

De naam van de streek is een vervorming van het Latijnse Campinia of Campina, hetgeen ‘open ruimte’ betekent (campus = vlakte). In het Frans wordt de streek overigens nog steeds la Campine genoemd en in het Engels the Campine. Ook worden de Kempen soms als Toxandrië aangeduid, een naam die uit de Romeinse tijd stamt. Kempen is ook een Duitse stad. De inwoners van de Kempen worden Kempenaars genoemd, wat ook de naam van een scheepstype is.

Cultuur

De Kempische bevolking leefde hoofdzakelijk van de landbouw, ook al bracht die niet veel op. De boerderijen waren de typische Kempense langgevelboerderijen die in een aantal Kempense dorpen nog te bezichtigen zijn of bewaard zijn gebleven als woonhuis. Veel van het Kempens bouwkundig, agrarisch en cultuurhistorisch erfgoed wordt bewaard in het openluchtmuseum van Bokrijk. Maar naast boeren hebben er in de middeleeuwen ook handelaars en ambachtslieden gewoond. De teuten ondernamen handelsreizen naar Nederland, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg of zelfs Denemarken.

Romeinse tijd

Ook de Romeinen hebben hun sporen nagelaten in de Kempen. In Hoogeloon heeft men de resten van een Romeinse villa ontdekt uit de 2e eeuw. Deze villa maakte deel uit van een agrarische nederzetting. Langs een weg tussen Hapert en Casteren is een Romeinse muntschat met 2598 munten uit de 3e, 4e en 5e eeuw gevonden. Er zaten munten tussen van o.a. Tetricus I, Julianus, Valentinianus I, Honorius en Arcadius. Van Postumus wordt vermoedt dat hij uit Deusone kwam, dat wellicht nu het hedendaagse Diessen is. In Diessen zelf zijn een fragment van een Romeinse dakpan, terra sigillata en een bronzen munt van Constantijn gevonden. In Veldhoven zijn een terracotta beeldje van de godin Diana en de resten van een Romeinse wachttoren ontdekt.

Industrialisatie

Aangezien het een streek was met arme zandgronden was de streek voor de Eerste Wereldoorlog erg dunbevolkt. Er was veel armoede omdat de grond niet veel opbracht en er nauwelijks bemest werd. Steden en zelfs dorpen kwamen zelden voor, de bevolking was meestal geconcentreerd in gehuchten. Pas eind 19e eeuw vatte de Industriële Revolutie er aan. Om die reden werd Limburg lange tijd als de meest achterstaande provincie van België beschouwd.

Er liggen weinig oude of grote steden, die liggen eerder aan de rand. Turnhout vormt hierop een uitzondering, en wordt wel eens de “hoofdstad van de Kempen” genoemd. Belangrijk voor Turnhout en omgeving zijn de papiernijverheid, chemische en farmaceutische industrie en steenbakkerijen. Ook het meer centraal gelegen Herentals stond economisch sterk dankzij de lakennijverheid waarvan de lakenhal op de Grote Markt nog steeds de exponent is.

Er waren ook verschillende abdijen voor monniken die er rust konden vinden. Zo liggen er onder meer de abdijen van Achel, Zundert, Postel, Westmalle en Tongerlo.

Veel Kempische dorpen hebben zich van veel historische elementen ontdaan. De meest pittoreske dorpen in de Noord-Brabantse Kempen zijn Oirschot, Bergeijk, Eersel en Hilvarenbeek. Hier liggen ook een aantal dorpen die bekendstaan als de “Acht zaligheden”. Ook in de Antwerpse en Limburgse Kempen zijn er nog mooie heidegebieden bewaard gebleven en ook hier heeft men zijn “Acht zaligheden”, maar dan wel in de vorm van een merkwaardige dennenboom, de Achtzalighedenboom.

Wilt u ook een bijdrage leveren voor het goede doel? Wij hebben een heel scala aan sponsormogelijkheden. Van natura-leveringen tot financiële bijdragen.

BEKIJK DE OPTIES


Ons goede doel al steunen? Dat kan! Door de QR-code te scannen met uw telefoon kunt u ons goede doel verder helpen om een nieuw, laagdrempelig voertuig te ontwikkelen voor jonge patiënten.